Ieder jaar worden er ongeveer 34.000 Nederlanders opgenomen in
ziekenhuizen als gevolg van hartproblemen. In de meeste gevallen gaat het hier om hartinfarcten. Tot ongeveer twintig jaar
geleden was het gebruikelijk om de patiënten na het infarct of de operatie vier tot zes weken bedrust voor te schrijven. Tegenwoordig
begint de patiënt, zodra het lichaamsgevaar is geweken, zo spoedig mogelijk met een gedoseerde lichamelijke belasting. De
achterliggende gedachte bij deze vorm van therapie is niet zo vreemd: gebrek aan beweging was immers een risicofactor die
de kans op een hartaandoening vergroot. Vandaar dat de lichamelijke belasting in de vorm van sportieve recreatie goed voor
de conditie is en daarom van levensbelang kan zijn. Een aantal patiënten (een op de acht) is zelfs al vrij snel terug te vinden
bij de sportgroepen voor hartpatiënten. Ook na het beëindigen van de revalidatie blijft men vaak lid van deze sportgroepen:
men is dan niet meer aan het revalideren maar veeleer met sport bezig. Vandaar dat men spreekt van sportgroepen voor hartpatiënten
en ex- hartpatiënten.
Uiteraard is het sportaanbod aangepast. Het recreatief sporten
is het belangrijkste en het accent ligt op het plezier in de sport. Het gaat dus niet in eerste instantie om het directe effect
van een fysieke training maar net zo goed om het (sociale) klimaat waarin dit gebeurt. Een combinatie van sport en sociaal
gebeuren. De sport is niet gericht op prestatie of competitie maar houdt rekening met datgene wat binnen de grenzen van de
lichamelijke conditie van de (ex) hartpatiënten mogelijk is. De sportieve recreatie vindt dan ook plaats onder begeleiding
van een bevoegde en ervaren sportinstructrice, die speciaal is opgeleid in het omgaan met (ex) hartpatiënten en dus precies
weet wat mogelijk is en wat niet en bij acute problemen deskundige hulp kan verlenen. Sportende (ex) hartpatiënten benadrukken
zelf het belang van het sporten: uit een enquête onder de sportgroepen blijkt dat ze ervaren dat hun lichamelijke en geestelijke
conditie dankzij het beoefenen van sport, verbetert. Ze kunnen beter omgaan met geestelijke spanning, veranderen hun voedingsgewoonten
en vinden dat het aantal sociale contacten toeneemt.
Sportclub Harebo te Borger voldoet aan de eisen welke door de
HART EN VAATGROEP EN DE STICHTING GEHANDICAPTENSPORT NEDERLAND, zijn gesteld, met betrekking tot de opleiding van sportinstructeurs.